Keizersnede

Een keizersnede is een korte horizontale snee door de huid en spieren van de buik die gemaakt wordt door een gynaecoloog. Daarna snijdt hij door de baarmoederwand. Eenmaal de vruchtzak uit je buik puilt, laat de arts hem "ploffen" en zuigt daarna onmiddellijk al het vruchtwater weg. Langs de keizersnede haalt men je baby, zijn vruchtzak en placenta naar buiten. De keizersnede neemt ongeveer 4 minuten in beslag. Vervolgens naait de gynaecoloog de verschillende weefsels terug dicht. Dit dichtnaaien duurt het langst, soms kan het bijna een uur in beslag nemen.

De geplande keizersede

Deze keizersnede is voorzien tijdens de zwangerschap omdat:

• de kans bestaat dat de baby gaat lijden door een of andere ziekte van de moeder: diabetes, ...
• uit radiologisch onderzoek is gebleken dat het bekken van de moeder te smal is, de baby te groot is of de baby in een slechte houding ligt
• de placenta voor het geboortekanaal ligt
• er problemen kunnen ontstaan door een onverenigbaarheid tussen de resusfactor van het bloed van de moeder en dat van de baby

De niet-geplande keizersnede

Deze keizersnede wordt met spoed toegepast tijdens de bevalling omdat:

• de baarmoederhals te traag of onvoldoende uitzet
• omdat de navelstreng is uitgezakt
• omdat blijkt dat het hoofdje van de baby uiteindelijk toch niet door het bekken kan
• omdat via monitoring tijdens de bevalling, een te plotse/grote afname van het hartritme bij de baby is vastgesteld. Dit zou erop kunnen wijzen dat het niet goed gaat met je baby en dat hij het best snel geboren kan worden